Zie het voor je
Goede lezers kunnen zeer ongeduldig zijn. Als het verhaal hen niet snel pakt, dan leggen ze het weg en zoeken ze een ander boek. Maar als ze in een verhaal zitten, dan kunnen ze lange tijd achter elkaar doorlezen.
Minder goede lezers vertellen dat ze het vaak moeilijk vinden om in een verhaal te komen. De Amerikaanse leraar Jeffrey Wilhelm deed onderzoek naar goede en minder goede lezers en ontdekte dat minder goede lezers het lastig vinden om zich een beeld te vormen van het verhaal en de hoofdrolspelers. Ik heb een jongen in mijn klas die lezen niet leuk vindt en weleens gezegd heeft: Ik zie niet voor me wat er in het boek staat.
En dat is een probleem. Want hoe zorg je ervoor dat iemand die iets niet kan dit alsnog leert. Dan zit je met je als leraar toch met he handen in het haar. Gelukkig zijn er wel manieren om leerlingen hierbij te helpen, maar als je thuis bent en je leest iets zonder dat je het voor je ziet (visualiseren heet dat in schoolmeesterstermen) dan ben je geneigd om het boek in de hoek te smijten. Ik begrijp dat.
Wist je dat jongeren die vroeger veel zijn voorgelezen uit prentenboeken dat visualiseren beter kunnen dan jongeren die weinig tot geen prentenboeken hebben gezien? In het lezen van prentenboeken zit dus een mogelijke oplossing van het probleem dat je een verhaal niet voor je ziet. Daarmee bedoel ik niet dat je prentenboeken zou moet gaan lezen om een eventuele achterstand in te lopen. Nee, ik adviseer je om in de bibliotheek eens te gaan kijken op de afdeling waar de stripboeken en graphic novels in de kast staan. Aan de hand van twee stripboeken zal ik laten zien waarom het zo fijn en belangrijk is om ook deze boeken te lezen.
Jong in de Eerste Wereldoorlog
De bibliotheek heeft de prachtige serie De oorlog van de Lulu’s in huis. Vijf jongeren laten je zien en soms haast voelen hoe het is om in de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) in de nabijheid van het front te moeten leven. Als de oorlog in augustus 1914 uitbreekt, dan denkt iedereen dat die oorlog snel voorbij is. Dat is niet het geval. In het hart van Europa en ook in het oosten van ons werelddeel wordt vier jaar lang een bittere strijd uitgevochten. Zo ontmoet je aan het eind van deel 1 de Duitse soldaat Hans, die de vijf jongeren in deel 2 vertelt over de verschrikkingen van de oorlog. En omdat het een stripboek is, is de strijd ook getekend. Als je de delen leest, die telkens over een jaar uit de oorlog gaan, dan krijg je een goed beeld van hoe de soldaten eruitzagen, hoe mensen probeerden te overleven en wat een bombardement met een stad of dorp doet. En als je de serie in z’n geheel leest, dan weet je na afloop het nodige van de oorlog aan het westelijke front. Als je daarna tijdens de geschiedenisles op school over de Grote Oorlog leert (zo noemen de Belgen de Eerste Wereldoorlog) dan zie je het voor je. En als je leraar Engels een gedicht bespreekt van een dichter uit de Eerste Wereldoorlog dan zie je het gedicht in je hoofd ontstaan. Dat is voor het begrijpen en onthouden belangrijk en prettig.
Te voet naar Santiago de Compostella
Enkele jaren geleden was ik in Santiago de Compostella. Deze stad ligt in Galicië, een Spaanse provincie in het noorden van dat land. De stad is voor katholieken een belangrijke stad. Het verhaal gaat dat daar het lichaam ligt begraven van een van de apostelen van Jezus, Jacobus de Meerdere. De Spaanse naam voor Jacobus is Santiago. Er zijn veel mensen die te voet naar Santiago de Compostella trekken. Dit doen sommigen omdat ze gelovig zijn, anderen lopen naar de stad omdat ze op zoek zijn naar zichzelf.
In de vierdelige serie Op weg naar Compostella treed je in de voetsporen van vier jongeren die vanuit België en Frankrijk naar Compostella lopen. Het is een prachtig getekend boek, met een complexe verhaallijn. Als je in deel 4 aangekomen bent, dan bezoek je de Notre Dames de Paris, de kathedraal die onlangs is afgebrand. Vervolgens bezoek je volgens kenners de mooiste kathedraal, die van Chartres, een stad ten zuidwesten van Parijs. Je leert de verschillen tussen de gotische en de romaanse bouwstijl, je bewondert de gebrandschilderde ramen. Daarnaast krijg je op je tocht met de hoofdpersonen een beeld van de rijke Franse cultuur. Omdat er ook historische verhaallijnen in de boeken zitten, bouw je veel kennis op over de geschiedenis van Frankrijk en de rol van alchimie in het geloof van mensen. En omdat de vier bedevaartgangers met vragen zitten, kun je de vierdelige serie ook als filosofisch beeldverhaal zien. Met andere woorden: zeer de moeite waard om te lezen en te bekijken. Het verrijkt je beeld van Frankrijk en verdiept je kennis.
Over de auteur
Martin Bootsma is leraar en teamleider op de Alan Turingschool in Amsterdam. Voor de OBA schrijft hij over Young Adultboeken, op zijn eigen blog Meesterlezer schrijft hij over boeken, onderwijs en het samenspel daartussen.