Boekenblog 194; Over Simon Vestdijk (en biografieën)
Het is 17 oktober als ik dit blog schrijf, de geboortedag van Simon Vestdijk (1898-1971). De OBA heeft een speciale band met Vestdijk, die tot uitdrukking komt in de Vestdijkzaal in het ODE. Daarin onder meer een exemplaar van Juffrouw Lot met het buikbandje “Nobelprijswinnaar 1964”.
De uitgever was iets te optimistisch….en het Nobelprijscomité schoot schromelijk tekort! Vestdijk bracht veel tijd in Amsterdam door: hij logeerde vaak bij zijn familie van moederskant en hij studeerde er. Veel romans en gedichten spelen in Amsterdam. De voormalige Centrale Bibliotheek aan de Keizersgracht speelt een belangrijke rol in de roman De redding van Fré Bolderhey. Toen de directeur van de OBA ook nog eens lid bleek te zijn van de Vestdijkkring werd de band een bijkans onverbrekelijke.
Oerervaring: Ina Damman
Sinds ik Terug tot Ina Damman heb gelezen- de eerste keer in 1971- ben ik een fan, en heb ik zo’n 40 (van de 52) romans gelezen. De geschiedenis van een jeugdliefde is de ondertitel en daarmee een fantastische aandachtstrekker voor de jongvolwassene die ik toen was. Op mijn vijftiende verjaardag kreeg ik mijn eerste Vestdijk cadeau: Het glinsterend pantser. Het begin was veelbelovend: “Een vage regeringsopdracht bracht mij naar D.”, maar al snel ging het verhaal over de vriendschap tussen de door een huidziekte geteisterde dirigent Victor Slingeland en de hoofdpersoon, geheel aan mij voorbij. Het was gewoon te moeilijk en ook niet “romantisch” genoeg.
Voor de leeslijst was Vestdijk bijna een verplichting en vrijwel iedereen koos voor Ivoren Wachters, over het tragische lot van de welbespraakte maar met een verwoest gebit rondlopende gymnasiumstudent Philip Corvage. Die beviel me veel beter, ook omdat de titel zich zo makkelijk liet verklaren. Dat Corvage in de buurt kwam van Courage bedacht ik mij 16 oktober 2013.
Vestdijk houdt zeer van verwijzingen en ze zijn vaak minder moeilijk te decoderen dan lijkt. Zo de ouden zongen…, de tweede roman die ik uitlas is natuurlijk wel heel makkelijk. Het glinsterend pantser is ook als titel niet al te moeilijk, maar je moet al weer wat beter nadenken om de naam Victor Slingeland te duiden. Als je dan weet dat Vestdijk zelf zei dat eigenlijk al zijn hoofdpersonen afsplitsingen van hemzelf zijn, en zeker die in de ik-vorm zijn geschreven, dan is V.S. “gewoon” Simon Vestdijk. Bij Terug tot Ina Damman ligt het wat ingewikkelder. Daarover later.
Biografieën
Boeken voor je leeslijst moest je niet alleen lezen, je moest er ook “omheen” lezen: over de auteur en het boek. Die informatie kon je eigenlijk alleen in de bibliotheek vinden. Maar dat was (en is) niet makkelijk. Bibliothecarissen delen boeken nu eenmaal anders in dan iedereen verwacht. We hebben natuurlijk wel gelijk, maar dat maakt het nog niet gemakkelijk. Enfin, ik vond ze, en de winst was: ik vond de afdeling met dat soort boeken ongelooflijk leuk. Al die weetjes over die boeken waren vaak aardiger dan het gelezen boek zelf. Het scoorde ook goed op het eindexamen. Het bleef een afdeling waar ik nog steeds graag kom. Het lezen van een biografie, zoals we die levensverhalen noemen, brengt je dichterbij de schrijver, en daardoor begrijp je meer van zijn boeken. Zo simpel is het eigenlijk. Het schrijven van een biografie is echter verre van simpel, maar daarover een andere keer.
Vestdijk: een biografie
De biografie van Wim Hazeu over Vestdijk (2005) is heerlijk dik: 1000 pagina’s. Het is een zakelijk geschreven boek, met zo nu en dan een bewonderende zin waaruit je proeft dat Hazeu ook werkelijk van Vestdijk houdt. Daarnaast wéét hij verschrikkelijk veel, niet alleen van de duivelskunstenaar zelf, maar ook van het literaire en maatschappelijke klimaat van de hele twintigste eeuw. Vestdijk’s boeken gaan (weer) voor je leven bij het lezen van zijn levensverhaal, en zo hoort het ook. Het leven van de schrijver en zijn vele hebbelijkheden krijg je erbij cadeau.
Nu nog de uitleg over Terug tot Ina Damman, mijn Vestdijk-oerboek. Lees ook Hazeu, pagina 173. Neem hier genoegen met: “In deel II (van het boek) wordt het onvervuld verlangen beschreven, verliefdheid zonder respons. De droom was belangrijker dan de werkelijkheid, de idee (I.D.= Ina Damman) belangrijker dan de uitvoering.” Al zei Vestdijk zelf: Ina Damman betekent niets. Maar ja, wat is niets? Het lezen ervan leverde mij een levenslange verknochtheid aan Simon Vestdijk op!